zaterdag 10 december 2016

Het laatste deel

Met Elly in de Yurt op Kiemkracht 64
Na een lange stilte weer een bericht. En nu helaas geen goed bericht.
Sinds een aantal weken weet ik dat ik uitbehandeld ben. De tumoren in mijn lever zijn zo talrijk geworden dat ze langzaam alle galwegen dichtdrukken. Gal wordt gemaakt in je lever en door de dichtgedrukte galwegen kan die gal niet naar mijn darmen en dat geeft stuwing. Door die stuwing functioneert de lever slecht. Omdat de lever het orgaan is dat onze gifstoffen afbreekt kan ik geen chemotherapie meer verdragen. Mijn lever kan die niet meer verwerken en zal daardoor nog slechter gaan functioneren. Kortom het is een vicieuze cirkel geworden.

De kanker groeit en dat betekent dat ik nu niet meer lang te leven heb.
Hoe lang het zal duren en hoe het precies zal gaan, dat weet ik niet.
Het is een echt heftige periode, met veel verdriet, angsten en onzekerheden. Zo denk ik veel na over de dood, de zorg die ik nodig heb en natuurlijk de uitvaart. Allemaal dingen waar ik eigenlijk niet bij stil wil staan maar die nu aan de orde van de dag zijn. Het hoort erbij en het brengt ook rust om deze zaken toch te bespreken en te organiseren.
Diep in mijn hart voel ik dat het klopt, dat dit mijn pad is. Al kan ik me ook heel verdrietig voelen in de wetenschap de wereld te moeten verlaten. Ik voel van alles, maar ik krijg het niet goed op schrift.

Ik ervaar ook nog dat ik een beetje energie over heb om dit laatste stuk van mijn leven vorm te geven zoals het bij mij past. En door het aangaan van angsten en verdriet ook juist ruimte te laten ontstaan voor het leven. En dan bedoel ik bijvoorbeeld het samen zijn met familie en vrienden. Ik geniet met hen van de kleine dingen van het leven, een koude wandeling in het winterlandschap, samen eten, Sinterklaas en Kerst vieren en genieten omdat ik weet dat ik tante ga worden in januari.

Voor nu wens ik mezelf vooral rust, ruimte en tijd om in stilte te kunnen doen wat ik graag wil doen.



woensdag 29 juni 2016

Tevredenheid

Het is alweer maanden geleden dat ik een bericht plaatste op mijn blog. Er is in die tijd veel gebeurd en tegelijkertijd was er niks te melden.

Gaande weg het proces, wat nu al jaren duurt, merk ik dat het steeds een herhaling van zetten is. 
De kanker groeit, ik start met een middel wat even helpt. Tot de kanker opnieuw groeit en ik een ander middel krijg. Het einde van de mogelijkheden komt helaas nu wel in zicht.
Mijn motivatie om hierover te schrijven is afgenomen. Ik ken het verhaal nu wel en wil eigenlijk niet aan dit onderwerp mijn aandacht besteden.


Ik vermaak me ondertussen met allerlei kleine en grotere uitstapjes.
Dagje Maastricht, Deventer, Den Bosch, midweekje Vlieland, weekendje strand. Lunchen in de camper op de dijk en vogels spotten. Maar ook een dagje in een bootje varen in de Biesbosch. Of zomaar even koffie drinken, een wandeling maken of een rondje tweede hands(2e handswinkeltjes bezoeken).
En Londen en een dagje zeilen staan nog op de planning.

Misschien doe en geniet ik van al deze dingen omdat ik vrees dat het met mijn leven snel gedaan is. Maar misschien heb ik ook nu wel eindelijk de rust en het vertrouwen dat ik echt kan en mag doen wat ik leuk vind.

Hoe dan ook, ik ben tevreden en dat voelt goed.





zaterdag 13 februari 2016

Ontwaken



En toen ging het toch weer een heel stuk beter. De nieuwe behandeling slaat aan, met de rest van de medicatie heb ik nu een acceptabel evenwicht gevonden en mijn energie en mijn levenslust zijn weer terug.
Het was in eerste instantie niet fijn om nog reserve tijd te krijgen. Ik wist eigenlijk niet wat ik er mee moest. Maar nu ik lichamelijk opknap en weer wat fysiek werk kan doen, vind ik ook weer zingeving. Ik ben al druk in de weer in de tuin. Snoeien, scheppen en wieden. Alles om ons tuintje voor de lente tip top te hebben. Vast van plan om er dit jaar extra van te genieten. Al zal ik wel weer het hele seizoen nieuwe plannetjes verzinnen en uitvoeren. Ik kan gewoon niet stoppen. Het doet me te goed. Kortom, het is hoogste tijd om jullie te laten weten dat ik, binnen alle beperkingen, mijn leven weer op de rit heb en er van geniet. En dat dat verdomd lang geleden was, doet er nu niet meer toe. Ik ben blij!!!

zondag 17 januari 2016

Twijfel

Stel ik trek mijn overtuiging in twijfel, mijn rotsvaste geloof in een vroege dood.
Stel; ik doe dat. Wat gebeurd er dan? Waar kom ik dan? Hoe voel ik mij dan?

Ik geloof niet dat ik ooit nog beter word. Maar is dat zo? Wie zegt dat, en op welke gronden ben ik overtuigd geraakt van dit idee? Is er iemand die mij 100% zekerheid kan geven?
De overtuiging is namelijk voor de hand liggend, maar niet absoluut.

Mijn gedachten, mijn ratio is niet te overtuigen van het tegendeel. Te veel mensen om mij heen hebben bewezen dat in mijn situatie genezing niet gebeurt en de dood wel snel volgt.
In een poging mijn emotie te duiden ervaar ik angst. Angst dat de overtuiging werkelijkheid wordt.
Als ik probeer de overtuiging om te draaien blijft de angst.
Stel ik geloof in genezing en ben overtuigd dat ik niet dood ga. Dan voel ik een noodzaak om te vechten en angst om te verliezen. Ik moet bewijzen dat mijn overtuiging klopt. Beide overtuigingen hebben voor mij het zelfde effect. Ze ontnemen me de ruimte om voluit te leven.

Als ik langer stil sta ervaar ik, diep in mijn kern, in mijn hart, een mogelijkheid tot twijfelen.
Ik zou willen loslaten, geen overtuigingen meer willen hebben. Het gaat dus niet over de twee overtuigingen maar dat wat in het midden ervan ligt. De twijfel, de ruimte om zowel de ene- als de andere overtuiging te bekijken.
Ik wil graag twijfelen, maar weet nog niet hoe dat moet.

En betekent die twijfel, die openheid van mogelijkheden, dan mijn vrijheid?

maandag 2 november 2015

Alles is een fase

De afgelopen maanden zijn erg emotioneel geweest, er is veel gebeurd. Zes weken geleden kreeg ik ernstige hoofdpijn met zwellingen. Daarnaast werd de pijn in mijn rug erger en ging mijn leverfunctie achteruit. "Als ik niks doe gaat het zeer waarschijnlijk heel snel slechter en slechter" realiseerde ik mij.
Ik had geen invloed meer op mijn lijf en wist niet meer wat ik moest doen om het gezond te houden.

Toen ik, als klap op de vuurpijl ook nog een galweg-obstructie kreeg, voelde dat als het begin van het einde. Het klinkt waarschijnlijk raar maar tot nog toe heb ik mij niet werkelijk kunnen voorstellen hoe het is om te sterven, ook al ben ik ongeneeslijk ziek. Nu ik heb ervaren dat het lichaam kan sterven en dat ik daar niks aan kan doen, voel ik rust en angst tegelijkertijd. Rust, omdat ik mij er geen zorgen over hoef te maken, ik hoef niet te bedenken wat ik moet doen. Sterven gaat namelijk vanzelf.
Angst, omdat ik het niet kan stoppen en dat wil ik natuurlijk wel. Over het algemeen sterkt deze ervaring mij in mijn zoektocht naar rust en aanvaarding. Sterven is misschien wel zoiets als geboren worden, een natuurlijk proces waar je je maar beter aan over kan geven.
Ter zijner tijd dan!

Want rond deze dramatische weken kreeg ik het verzoek om mee te doen aan een experimentele behandeling. Ik dacht; "niet geschoten is altijd mis, ik doe mee!"
Dit medicijn is een soort van chemo. Maar daar waar de 'normale' chemo een soort clusterbom is (hij vernietigt alles en hopelijk ook de kanker), is dit meer een precisie bombardement. De chemo is gekoppeld aan een eiwit. Dit eiwit gaat opzoek naar de eiwitreceptor op de kankercel, klikt zich vast en laat dan pas de chemo los. Klinkt in mijn oren als een een slimme chemo.
En sinds vandaag weet ik: het middel werkt! De lever functioneert weer, de pijn neemt af, de conditie neemt toe en ik heb weinig bijwerkingen. De uitzaaiingen zijn op verschillende plaatsen zelfs al kleiner geworden.

Het voelt alsof de dokter mij voor de poorten van de dood weg sleept. Ik krabbel op en kijk om mij heen de wereld in. Hier ben ik weer en ik doe nog even mee!

zaterdag 8 augustus 2015

Kabouterijsjes


Nadat ik heb besloten om voorlopig geen behandelingen tegen kanker te doen, ben ik wat rustiger. De pijn is onder controle en de vermoeidheid acceptabel. In mijn hoofd voel ik ruimte en rust. Het is goed zo.
Onder tussen doe ik leuke dingen zoals; de yoga-kamer nu eindelijk eens opknappen, een dagje naar het Kruller-Muller museum en een dagje naar het strand. Maar ook gewoon kleine dingen die ik graag wil. Bijvoorbeeld een kabouterijsje eten bij M*ijsjes, terwijl die eigenlijk voor kleine kinderen is. Lekkerrrrrr!!!
Kortom ik probeer er wat van te maken en dat lijkt zowaar te lukken. 

vrijdag 17 juli 2015

Het moeras

In een emotionele achtbaan gecombineerd met lichamelijk ongemak ben ik gekrompen tot een zielig stuk verdriet. Tranen stromen, pijn kraakt in mijn borst en ik kan niet stoppen. Nergens is een rustpunt, een einde, een uitzicht. Ik ben in paniek. Op handen en voeten kruip ik door mijn emotionele moeras, opzoek naar dat ene lichtpuntje, een houvast! Ik strek mijn arm uit maar ik vind niks, ik zoek, ik tast...

Soms vind ik bij Caspar, bij ma en pa en bij mijn broer en zussen, mijn vriendjes en vriendinnetjes een beetje houvast. Een arm om even aan te haken, een aai, een woord van troost.
Ik zie je spartelen, maar ik weet niet wat ik kan doen, zei Maartje en dat is precies wat ik ook voel. Niemands schuld, niemands onvermogen, dit is. En dit is mijn weg.

Ik zal dit zelf moeten doen. Zij kunnen niet helpen. Dit is mijn proces, mijn pijn, mijn verdriet. Heel langzaam gloort nu de ochtendzon, heel langzaam ontwaak ik en kan ik zien waar ik ben. Even nog, ik kom er wel. Nog altijd pijn maar het gaat beter. Nog altijd emotioneel, maar helend.

Het labyrintbord hier op de foto heeft me de afgelopen dagen geholpen. Door er met mijn vingers over heen te wandelen kwam ik tot rust. Wetende dat het leven geen moeras is, maar veel meer een onvermijdelijk pad. Het  keert naar binnen en naar buiten. Steeds over dat zelfde pad. Mijn pad, mijn levensweg. Het helpt me om de paniek in het moeras tot bedaren te brengen.

Een korte praktische update:
De nieuwe behandeling is niet aangeslagen. Chemo kan nu niet, omdat mijn bloedwaarden te laag zijn. De kans is groot dat er geen kankerremmende therapieën meer zijn die mijn lichaam aan kan. En dan komt de dreigende dood wel erg dicht bij. Daarnaast kreeg ik een heftige pijn doorbraak die behandeld is met morfine waar ik vervolgens heel erg ziek van werd. 

Waar nu heen, hoe dit verder gaat, ik zou t niet kunnen zeggen. Misschien gaat het straks weer goed, maar dat zou ook zomaar niet zo kunnen zijn. Ik weet het niet en die onzekerheid is moeilijk, vooral ook voor de mensen dicht om mij heen.

donderdag 14 mei 2015

Vloeibaar geluk


Door de aandacht die ik geef en krijg voel ik mij verbonden. Verbonden met de tuin, met mijn geliefden, met de hond. Eigenlijk met heel mijn omgeving. Vreemd genoeg voel ik dat ook bij materie, bij spullen, objecten en geluiden. 
Zo werd mijn aandacht getrokken naar het beeld van de Nikè van Samothrake, de Griekse godin van de overwinning.

Al op de poster, in het leslokaal op de middelbare school, trok het mijn aandacht. Toen ik de Nikè in het Louvre voor het eerst echt zag was ik ontroerd. Een gevoel wat ik het best kan omschrijven als opwellend vloeibaar geluk. Waarom dat gebeurt, wat mij in dit beeld raakt, dat weet ik niet. Maar het versterkt in mij de ervaring dat we in alles verbonden zijn. Met elkaar en met de dingen om ons heen. Dat geeft rust, het voorkomt dat ik ga zoeken naar antwoorden die ik nooit zal vinden. Het verbonden voelen met mijn omgeving nodigt me uit te ervaren, te voelen en te zijn.

Dit helpt, nu ik door mijn ziekte ben aanbeland in een fase van niet weten en van nog meer onzekerheid. De Nikè van Samothrake is fascinerend genoeg de godin van de overwinning. Overwinning waarop weet ook ik niet, maar het gevoel van vrijheid inspireert, staan en gaan op de weg die er voor je is.

Het beeld dat mij diep in het hart raakt, dat beeld wil ik graag nog eens zien.

zondag 29 maart 2015

Help jij de bijen op Kiemkracht aan een Paradijs?

Het gaat niet goed met de bijen. Talloze volken worden ziek en gaan dood. Als imker op Kiemkracht64 draag ik bij aan het welzijn van alle bijen en ik vraag daarbij jouw hulp! Bijen hebben een natuurlijk huis en een rijke voedzame omgeving nodig om te overleven. Wij gaan beide creëren en dat kost geld. 


Heb jij hart voor de bij, de natuur en de imker?


Doneer dan op:  
Stichting Kiemkracht64
ovv:  Ik draag Bij 
NL 19 RABO 0145 2364 55

Ons ideaal
Het bijenparadijs is onderdeel van de 1,2 hectare van Kiemkracht in Malden. Wij bouwen op dit moment een bijenstal met oude gebruikte materialen. Daarin komen drie natuurbouwkasten. Afgelopen herfst hebben we 300 biologische bloembollen geplant. Ikzelf vlecht op dit moment een zgn. Sun Hive. Een hangende eivormige korf waarin de bijen hun raten kunnen bouwen zoals zij dat van nature in een holle boom zouden doen. Het rogge voor de korf heb ik afgelopen zomer geoogst. Het graan zaaien we dit jaar, zodat er volgend jaar weer gevlochten kan worden. En zo wordt de cirkel weer rond.


Wat hebben we nodig?  
Begroting van totaal: 2500,- is gebaseerd op:
-Hangkorven binnenwerk 2x200= 400,-
-Hangkorvenstellage  2x300= 600,-
-Natuurbouwkasten 2x 300= 600
-Materiaal bijenstal 150,-   
-Aanschaf planten bijentuin 750,- 

Wil jij ons helpen met dit bijenparadijs? Elke donatie, hoe groot of klein ook, is welkom! 



Wat kun je voor jouw donatie verwachten? 
In de zomer van dit jaar zijn jullie meer dan welkom om te komen kijken naar deze prachtige inspirerende plek in ontwikkeling. Ik zal jullie rondleiden door de tuin, de Sun Hive laten zien, wie weet is ze dan al bewoond door een bijenvolk! Ik zal voor jullie een dag organiseren waar je kunt ervaren hoe bijzonder de honingbij is, hoe mooi de tuin wordt en hoe lekker. Want het bijenparadijs is niet alleen een paradijs voor de bijen...

Namens de bijen en Kiemkracht 64,
een honingzoete groet! 


Anneke 

woensdag 25 februari 2015

Het lichtende voorbeeld

In herinnering aan Wietske, een lichtend voorbeeld. 
 
De lucifer en de kaars

Op een dag zei de lucifer tegen de kaars: “Ik heb opdracht jou aan te steken.”
“O nee”, zei de kaars, “Wanneer ik ga branden zijn mijn dagen geteld. Niemand zal meer mijn schoonheid kunnen bewonderen.”
De lucifer wachtte even en vroeg : “Wil je dan een leven lang koud en hard blijven zonder geleefd te hebben?”
“Maar branden doet zeer en het zal mij kracht kosten." fluisterde de kaars.
“Het is waar”, antwoordde de Lucifer. “Maar dat is het geheim van onze roeping. We zijn gemaakt om licht te geven. Zelf kan ik niet zoveel en als ik jou niet aansteek, heeft mijn leven weinig zin gehad. Ik ben er om vuur te geven. Jij bent een kaars. Jij zult anderen licht en warmte schenken. Alles wat jij aan lijden en kracht geeft, verandert in licht. Jij gaat niet verloren, ook al raak je op. Anderen zullen je licht doorgeven.
Alleen als je weigert zal je sterven…
De kaars rechtte zich en zei vol verwachting: “Steek mij aan!”
 

De storm

Al sinds een paar maanden modder ik rond in de medische wereld. De pijn en de vermoeidheid laten mij voelen dat mijn lichaam moe is. Al zo lang verdraagt  het al die zware behandelingen. De chemo`s, de contrastvloeistoffen, de scans en de injecties, de morfine en de hormonen. Al zo veel jaren herstelt mijn lichaam de schade die de behandelingen veroorzaken en nu is het moe. Mijn beenmerg kan het tempo van de door chemo veroorzaakte celafbraak niet meer bijhouden. Mijn afweer is laag en mijn vermoeidheid neemt toe.

En toch, ergens diep in mij sluimert weer een beetje levenskracht, en beetje energie of liever gezegd motivatie om te herstellen. Het evenwicht is precair en onzeker. Het voelt nog altijd alsof ik in een storm zit. Steeds weer voel ik een sterke windvlaag, een hagelbui of regen op mijn lichaam striemen, de golven van de zee dreigen mij omver te werpen. Ik kan er niks tegen doen, probeer mee te varen in de storm. Ervaar de krachten die op mij inwerken en merk dat daardoor ook langzaam weer krachten reageren die in mij huizen. Levenskracht, energie, optimisme en motivatie. De storm om mij heen wordt sterker en de energie in mij zwakker en toch wil ik weer door.

Ik heb geen keuze gehad in wat mij overkomt. Sommige dingen gebeuren gewoon, of je nu wil of niet. Het is een lange, moeilijke weg om te leren omgaan met dat wat het leven van mij vraagt. Maar van proberen word ik altijd gelukkiger dan van niks doen en mopperen. Dus ik kijk, voel, ruik en ervaar het leven. Of althans dat probeer ik...


dinsdag 16 december 2014

Kou

Al een aantal weken kwakkel ik met mijn gezondheid en ben ik met enige regelmaat in aanraking geweest met diverse hulpverleners. Het begon met een bezoek van de huisarts hier bij ons thuis, omdat ik bij het vullen van de wasmachine door mijn rug gegaan was. Voor het eerst moest ik met de ambulance naar het ziekenhuis. Op zich leuk, maar met het vooruitzicht dat ik een ingezakte wervel zou hebben viel het gehobbel in die gele bak toch wat tegen. Gelukkig bleek dat niet het geval. Het was "gewoon" een door tumor beknelde zenuw die mij helse pijnen bezorgde. Met morfine en 5 bestralingen zou het wel weer beter gaan.
Helaas bleek een paar weken later dat er nog een wervel protesteerde.
Tijdens het uitmeppen van de wekker`s morgens vroeg voelde het alsof ik een bros (je weet wel, die lekkere luchtige chocoreep) kapot kneep in mijn rug.
Jammer voor mij, maar mijn lichaam wilde dit keer niet zo lekker reageren op de morfine. Ik werd hondsberoerd en had pijn. Vrijdag dus toch nog maar een bestraling. En morgen weer braaf aan de chemo-pillen. Op hoop van zegen, dat dan weer wel. Op naar een een beetje rust in mijn lijf en leven. Want van dat ge-shop van dokter naar dokter word je niet echt beter.

Emotioneel is het een achtbaan. Voor het eerst krijg ik nu pijn van verschillende tumoren. Ik heb geen last meer van bijwerkingen van de behandeling, maar van de kanker zelf. Die constatering beangstigt, maakt me onzeker en verdrietig. Ik ben in een volgende fase van mijn ziekte aangekomen. Meer en meer zal ik me moeten verbinden met de gevolgen hiervan.

Het zwaard van Damocles hangt aardig in mijn nek te hijgen, ik hoop dat het me de komende tijd lukt mijn aandacht te verleggen. Weg van het zwaard, terug naar het leven. Zodat ik weer kan genieten van de bijtende kou op mijn wangen, het tintelende gevoel van koude handen die weer warm worden tijdens het wandelen en van gezellig samen rond de kachel met een kop thee en een goed boek.

Als ik ergens straks mijn midden weer vind, dan is dat wat ik ga doen!



dinsdag 23 september 2014

Compost worden

Ik heb de gedachte voor me uit geschoven als een paar knellende schoenen die ik liever niet aan doe. Ik ga dood en waar word ik dan begraven? Het idee dat ik op een kerkhof of begraafplaats kom te liggen met een grote stenen plaat op mijn buik, beviel me niet. Die gedachten heb ik voor me uitgeschoven.

Tot ik een keer wakker werd uit een droom. In die droom ging ik dood en werd mijn lichaam begraven. Ik werd opgenomen in de aarde en langzaam omgezet tot compost. Het was fijn, en ik werd wakker met een helder gevoel.  Dit wil ik.
Op internet gezocht en gevonden, de natuur begraafplaats. Een plek in de natuur waar geen grafstenen zijn die netjes op een rijtje liggen. Niet de begraafplaats waar je nabestaande eeuwig vasthouden aan een hoopje botten onder een zware steen en je niet mogen laten gaan. Weg gestopt achter een hekje, want de doden horen er niet bij.
Nee een natuurgebied, waar de graven onderdeel zijn van de natuur, waar je grafsteen bestaat uit een boomschijf die langzaam opgaat in de natuur. Waar het lichaam begraven wordt in een goed verteerbare kist of wilgentenenmand. Een plaats waar het de bedoeling is dat mijn lichaam opgenomen en verteerd wordt door de aarde. Waar nabestaande kunnen zien en ervaren dat het leven doorgaat na de dood. Dat er ieder seizoen weer iets anders groeit. Waar je kan herdenken en mag leven. Daar waar de natuur laat zien dat je ook na de dood nog leeft omdat het lichaam tot voeding van de bodem wordt. Dat je mag rouwen, herdenken en loslaten.

Daar wil ik dus liggen, in mijn hemelse mandje. Mijn lichaam dat deel van mij wat vergaat, het wordt onderdeel van het geheel, onderdeel van het leven op aarde.



zaterdag 2 augustus 2014

Sint Jansrogge

Vrijdag hebben we samen met de Immekes rogge geoogst om bijenkorven van te vlechten. Nu moet ik het rogge schoon maken en daarna kan ik het gaan vlechten. Voor mij een super leuk en mooi nieuw avontuur. Ik heb intens genoten. 











maandag 7 juli 2014

Bezige bij


Al lang, te lang heb ik niets meer op mijn blog geschreven. Het gaat goed met mij en de tuin in Malden groeit en bloeit. Inmiddels is er ook een bijenvolk gekomen en ben ik druk met het zorgen voor dit volk en onze prachtige tuin.

Ik zit vaak op een stoeltje bij de kast te kijken naar het in en uit vliegen van de bijen. Ze brengen stuifmeel binnen in verschillende kleuren. Ik leer langzaam welke kleur stuifmeel van welke plant komt. Daardoor weet ik welke planten de bijen het liefst bezoeken.

Het is mooi weer en tijd om te schrijven schiet er bij in. Als straks de blaadjes kleuren, het werk in de tuin minder wordt en het bijenvolk zich klaar maakt voor de winterzit, zal ook ik meer tijd hebben om te schrijven.

Wie het leuk vindt mag mij altijd komen opzoeken in onze mooie tuin. Er staat een kopje koffie klaar en we hebben heerlijke groenten te koop. Ik ben er zelf op dinsdag en vrijdag.

Kijk op  www.kiemkracht64.com daar staan de openingstijden en het adres.








donderdag 1 mei 2014

Zwermen...

Er zijn alweer weken verstreken sinds ik ben gestart met de cursus bijenhouden. Op een aantal theoriedagen heb ik geleerd over het wel en wee van een Imme. Hoe werksters leven en wat ze doen, wanneer darren geboren worden en wat hun taak is. Ik heb kennis over moerdoppen en zwermen en ik heb het allemaal gezien.
Twee bevlogen leermeesters, Wim en Albert, leren ons het vak. Zij leven voor de bij. Betrokken, verbonden, met een enorme vracht aan kennis en ervaring. Enorm inspirerend.

Op het landje Kiemkracht 64 staat inmiddels ook een bijenkast. Deze staat  te wachten op een nieuwe zwerm.

Als het volk na de winter groeit dan komt er steeds meer stuifmeel en nectar binnen. Het gevolg is dat er steeds meer bijen komen. De koningin heeft zoveel bijen dat ze meer eitjes kan leggen. Er zijn voldoende werksters om dit broed te verzorgen en te voeden. Op een geven ogenblik wordt het volk zo groot dat de koningin moerdoppen gaat leggen. Uit die moerdoppen komen nieuwe moeren (koninginnen). Vlak voordat de 1e  moer uitkomt tuut, de oude moer(de oude koningin) De nieuwe moer tuut terug. Omdat ze nog in haar moerdop zit klinkt dat als kwaken. Je kunt dit soms horen als je je oor tegen te kast legt. Ze tuten en kwaken, wordt er dan gezegd. Als de oude moer het kwaken hoort weet ze dat het tijd is om ruimte te maken. Ze vliegt met een deel van het volk weg. Ze maakt ruimte voor haar dochter om de nieuwe koningin te worden.

De oude moer gaat met haar gevolg zwermen. Ze vliegt uit en een gezoem vult de lucht, duizenden bijtjes vliegen door elkaar. Ze landen uiteindelijk ergens aan een tak. Langzaam komen alle bijen daar samen en vormen een tros. Als ook de oude moer zich bij hen heeft gevoegd komt de zwerm tot rust.


Ondertussen zijn er enkele speurbijen op onderzoek. Zij zoeken voor deze zwerm een plek om te wonen. Een holle boom, een verlate korf of kast. Maar omdat wij al een kast hebben gaan wij bepalen waar dit volk gaat wonen. We scheppen met een mand de tros van de tak, wachten tot alle bijtjes in de korf weer tot rust gekomen zijn en sluiten de korf.
Na een nacht in de korf schudden we het nieuwe volk in hun nieuwe woning. Zij zullen daar opnieuw raten gaan bouwen, honing maken en de koningin zal nieuw broed leggen waardoor ook dit volkje weer zal groeien.

Ondertussen is in de oude kast  de nieuwe koningin nog niet gekroond. Dat komt omdat ze nog niet gepaard heeft. Binnen drie weken nadat ze is uitgekomen zal ze op bruidsvlucht gaan. Ze zal met 20 darren uit verschillende volken paren.
De laatste larven die haar moeder(de oude moer) heeft gelegd zijn  uitgekomen en zij legt haar nieuwe eitjes. In de kleine cellen legt ze bevrucht eitjes, dat worden werksters. In de grote cellen legt ze onbevruchte eitjes, dat worden darren.
Nu pas zal zij als nieuwe koningin door haar werksters worden geaccepteerd.
Een nieuw volk en een nieuwe koningin zijn geboren.

woensdag 12 maart 2014

Het lotgenootje

Ander half jaar geleden, 9 oktober 2012, schreef ik over een lotgenootje. Ze zou dat jaar de kerst niet halen. Nu schrijf ik hoe belangrijk ze voor mij is. Ik zeg is want ze is er nog steeds! Het belang van lotgenootjes heb ik eigenlijk altijd onderschat. Die had ik niet nodig, ik kon het wel alleen. Sterker nog toen ik 28 was en kanker kreeg dacht ik werkelijk dat ik de enige was. Achteraf gezien was dat eenzaam. Ik moest alles alleen ervaren en doorleven. Toen heb ik dat niet zo gevoeld omdat ik een fantastisch netwerk om mij heen heb. Maar wel een kanker vrij netwerk (gelukkig). Nu ik andere AYA`s ken, herken ik mijn weggedrukte eenzaamheid van toen.

Sinds 2010 is er de online AYAcommunity, hier ontmoeten lotgenootjes elkaar. Daar ontmoette  ik in 2011 Wietske. Zij heeft net al ik geen kans om te genezen. Als ik haar spreek herken ik zo veel. De angst, het verdriet, de eenzaamheid. We ontmoeten elkaar in de humor en het aanvaarden. Eigenlijk vreemd want we zitten steeds de meest grove grappen te maken. En toch kan zij mij werkelijk geruststellen en zeggen dat dood gaan toch echt niet zo makkelijk is. "Je gaat echt niet zomaar dood" zegt ze dan met een lach, "ik kan het weten want ik heb het toch al vrij vaak geprobeerd." Het lef en die humor, om dat te kunnen delen is onbetaalbaar en onbegrijpelijk bijzonder. Dat is me zo veel waard dat ik me niet eenzaam voel, al bewandel ik mijn eigen weg.

Dat ik haar ontmoet is enkel en alleen omdat we een online community hebben. Anders had ik haar nooit gevonden.

Wietske, dankjewel dat jij er bent.

dinsdag 11 maart 2014

De Imme en de imker

Het duurde even maar uiteindelijk heb ik toch besloten om imker te worden. Tegen al mijn bezwaren in. Want zal ik de opleiding wel kunnen afmaken? Begin ik aan iets wat jaren ervaring vergt voordat je het echt begrijpt? En als ik straks een volk heb en ik ga dood? Kan dat wel, mag dat wel, is dat wel verstandig? Allemaal bezwaren en angsten die de afgelopen weken in mijn hoofd schreeuwden. Toch ga ik het doen, ik leef nu en niet morgen. Soms moet je iets doen wat goed voelt, maar misschien niet logisch klinkt.

Zaterdag 8 maart 2014. Daar zit ik dan in de Zeister vrije school. Het is vandaag landelijke BD-Imkerdag. Voor het eerst kom ik in aanraking met de imkers. Ik hoor de verhalen, ik zie de foto`s en bewonder de prachtige kasten en hangende korven. De wereld van de Imme opent zich voor mij en ik raak wat meer vertrouwd met haar woorden. De Imme is het volk, gezien als één geheel. Zou je over een mensenlichaam een vergrootglas leggen, ontdek je dat het bestaat uit vele kleine cellen. Leg je een verkleinglas op een bijenvolk zul je zien dat het één lichaam is, de Imme.

Of dat waar is weet ik niet, maar de gedachten het volk als een geheel te benaderen klinkt wel erg logisch. De koningin als middelpunt, de enige die eitjes legt. De darren (mannetjes) voor de bevruchting van een koningin en de werkster, de haalsters, de bewaaksters, de poetsster en de voedster. Honing, stuifmeel, nectar en drachtplanten, raten en ramen, het vliegplankje, het vlieggat. Het duizelt mij.

Ik heb nog zoveel te leren dat ik niet goed weet wat ik nu moet schrijven.
Wat ik wel weet is dat de verhalen over de bijen iets in mij aanraken. Ze ontroeren mij. De zorg voor dit dier moet erg bijzonder zijn. Het is raar, nog nooit heb ik werkelijk een volk bekeken, nog nooit een blik in een kast geworpen en toch raakt ze mij.

Er opent zich een nieuwe wereld en ik mag kijken!

dinsdag 25 februari 2014

Het werkt!

Zo zit ik in de shit en zo zit ik weer te lachen. Vandaag bij de oncoloog geweest en gehoord dat de chemo werkt. De tumoren zijn iets geslonken en de tumormarker in het bloed is gedaald. Ik heb veel last van de bijwerkingen maar de chemo werkt. Blijkbaar doe ik het goed op chemo. Zeg maar, I love chemo. Zouden ze daar een sticker van hebben?
Ik ben opgelucht en blij, de dosis van de chemo wordt verlaagd en hopelijk heb ik daardoor minder bijwerkingen en kan de chemo zijn werk langer doen zodat ik het langer volhoud.
Dus op hoop van zegen zullen we maar zeggen. Op naar de lente, ik heb er zin in!

zondag 23 februari 2014

Midwinter roast

Na alle nare berichten wil ik jullie even laten weten dat we ook nog steeds echt genieten! Gisteren de schouder gegeten van het varken wat we onlangs zelf hebben verwerkt tot worst, spek, ham, koteletjes en dus ook een enorm braadstuk. Hier het bewijs.
`s middags, voorbereiden

even wat snaaien

`s avonds lang wachten bij het vuur

Eindelijk is het klaar mmmmmm

In de loop van de nacht....

De volgende ochtend, de katers staan er niet op ;-)

donderdag 20 februari 2014

Kanker!

Soms zit ik vast, lichamelijk en geestelijk. Zo ook deze week. Wat een schijtzooi. De scan is geweest, ik wacht op de uitslag.

De chemo doet denk ik zijn werk. Althans mijn handpalmen, voetzolen en darmen functioneren niet naar behoren en dat is een bijwerking van de Xeloda. Mijn darmen liggen stil en langzaam ontwikkel ik het buikje waar ik van droomde, maar dan niet met een groeiend kindje maar met poep.
Bah, wat word ik daar strontchagrijnig van. Het heeft directe invloed op mijn gemoed, ik ben boos, geïrriteerd en erg opvliegend. Er komt geen beweging in, geestelijk niet en lichamelijk dus ook niet. Het liefst kijk de hele dag stoïcijns naar het schaatsen op tv. Vreemd toch hoe dat werkt. En mijn handpalmen helpen ook niet echt. Ze voelen ontstoken, de huid laat los, ik heb kloofjes en als extra uitdaging voelt het alsof iemand met een plank op mijn handen slaat.
Dus dan maar een stukje lopen, bewegen is voor alles goed. Maar al na een half uurtje voel ik mijn voeten. Ik heb blaren op mijn tenen, de zool van mijn voet ziet paars, prikt, doet pijn en voelt warm. Dat wordt `m dus ook niet. Godsgloeiendetyfus kanker!

Jaja, ook ik heb wel eens een rot bui, ook ik zie het soms niet meer zitten.
En dat is dus deze week.

De oplossing? Even een weekje stoppen met de chemo. Een zeer laxerend dieet met pruimen, zemelen en veel, heeel veel drinken. Bewegen, vaker een kort stukje wandelen. Voeten en handen insmeren met creme, nieuwe sokken kopen. Yoga en mediteren. En een klysma, gatverdamme!
Die heb ik toch vaak genoeg aan mijn patiënten gegeven, maar zelf aan de klysma is toch een beetje een afgang, een gênant gegeven. En er dan ook nog een blogbericht over plaatsen. Die is gek.
Toch doe ik het. Ook dit hoort er schijnbaar bij, het is niet alleen maar een sterke Anneke die mentaal alles recht lult. Ik heb ook een lichaam wat het nu zwaar krijgt, een lichaam met akelige klachten en gênante problemen. Het hoort erbij. Het is niet anders.
Gelukkig lijkt het lente, dat scheelt een slok op een borrel.


zaterdag 1 februari 2014

Eeuwig evenwicht

Er is veel gebeurt sinds mijn bericht van 8 oktober 2013. De behandeling met hormoontabletten sloeg niet aan. Sterker nog, de tumoren in de lever zijn explosief gegroeid. Daar waar eerst een hoek van de lever was aangetast zitten de tumoren nu verdeeld over de gehele lever. Eén van mijn ribben is zo aangetast dat hij een breuk vertoont. Kortom, slecht nieuws. En eigenlijk voelde ik dat ook wel aan, maar vermoeidheid en toenemende pijn zijn toch wat vaag. Tegen beter weten in hoopte ik op ander bericht.

Na deze uitslag op 20 december ben ik gestart met een nieuwe chemokuur, een andere variatie van hetzelfde zullen we maar zeggen. Ook dat liep niet helemaal volgens plan. De dag van kerstavond, Caspar's verjaardag, ben ik met knallende koppijn en braken opgenomen op de eerste hulp. Wat een hel, wat een enorm zwarte dag. Er was serieus aanleiding om te  onderzoeken of mijn klachten veroorzaakt werden door een hersentumor of een bloedprop in de vochtafvoer van de hersenen. We waren bang, heel bang. Is dit het begin van het einde?
Een CT-scan, lichamelijkonderzoek, bloedonderzoek en toch voor de zekerheid een extra MRI-scan. Er werd niks gevonden. Geen idee wat er aan de hand was, maar ik kreeg morfine en mocht naar huis.

Weg verjaardagsfeest voor Caspar, geen kerst bij zijn familie dit jaar, geen oud en nieuw in Rome met onze vriendjes. Niks. Enkel een zwarte dag, een katerig gevoel en angst.

Gelukkig ben ik wie ik ben en sliep ik als een roosje en werd ik lachend wakker op die eerste kerstdag! Geen hoofdpijn en een diep besef welde in mij naar boven met die lach. Dat gaan we dus even heel anders doen! Ik weet dat ik ooit te horen krijg dat ik dood aan het gaan ben, maar de paniek, de donkere zwarte emotie wil ik daar niet bij hebben. Ik heb geen keus in wat mij overkomt. Maar ik heb wel een keus in hoe ik daar op reageer! En ik heb dus geen zin in zwarte dagen op de eerste hulp.

Ik ben opgestaan en heb die dag geleefd. Het was een fijne kerst, het was een heerlijke lange wandeling met Caspar en het was een super leuke tweede kerstdag met vrienden.

En toen kwam de volgende moeilijke fase. Door alles wat er de laatste maanden is gebeurd werd wel duidelijk dat ooit die dag komt die het begin van het einde is. Wat wil ik dan, wil ik euthanasie, wil ik naar een hospice, wil ik nog alles uit de kast halen en naar het ziekenhuis? Wat wil ik eigenlijk? En hoe zorg ik er voor dat de mensen om mij heen weten wat ik wil, en daar ook achter staan.

De wilsverklaring. Na een gesprek met mijn oncoloog en mijn huisarts, mijn ouders en natuurlijk Caspar, ben ik gaan schrijven. Hij is af. Het staat zwart op wit. En nu maar hopen dat ie rust geeft, en dat ik de verklaring nog heel lang in het laatje kan laten liggen.

Voor nu lijkt de nieuwe chemo aan te slaan. Ik heb conditioneel moeten inleveren, maar het lijkt wel stabiel te blijven. Op hoop van zegen slik ik braaf 2x per dag om de 12 uur een haffeltje pillen.

De ervaringen van de laatste maanden hebben er behoorlijk in gehakt en ik ben bezig om het evenwicht in mezelf te hervinden. Het kost tijd, tijd, stilte en vertrouwen. Ooit lukt het, dan ben ik terug in mijn midden, voel ik de kern van wie ik ben....

dinsdag 3 december 2013

Centraal station AYA

Hoe leg ik uit wat AYA(initiatief voor adolescenten en jong volwassenen in de leeftijd van 18 tot en met 35 jaar die kanker hebben of hebben gehad) voor mij betekent, hoe leg ik uit hoe het voelt om AYA te zijn. Hier een poging zoals ik het aan een groep medische studenten probeerde uit te leggen.

Toen ik twee jaar geleden te horen kreeg dat de borstkanker die ik op mijn 28e kreeg was uitgezaaid, zakte de grond onder mijn voeten vandaan. Ik had  jaren op een zijspoor gereden, wachtend op de tijd dat mijn hormoonbehandelingen klaar zouden zijn en dat we (ik en Caspar) samen misschien wel een kindje zouden krijgen. "Nog even", dacht ik, dan ben ik helemaal kankervrij. Het was niet waar. In mijn botten en lever had de kanker zich inmiddels flink verspreid en de prognose van mijn ziekte bleek slecht te zijn. Opnieuw op een zijspoor gezet. Mijn treintje, mijn lichaam, bleek niet bestand tegen de oprukkende kankercellen. Onze toekomst was weg, geen gezinnetje, geen carrière, helemaal niks meer. Hoe kan ik jullie uitleggen wat ik voel, wat het betekent ongeneeselijk ziek te zijn. Hoe het is te weten dat dat het spoor van mijn leven snel ophoudt.

Toen ik dat gister aan Caspar vroeg zei hij dat we op verschillende sporen rijden. En dat klopt. Het voelt alsof ik graag mee wil rijden op het druk bereden traject tussen Amsterdam en Utrecht. Daar rijdt iedereen. Daar gaan de treintjes vol met pas gestichte gezinnetjes. De treintjes met carrièretijgers. Ik zie hen, maar ik rij op een zijspoor. Ik kan niet mee op dat andere spoor; er is geen wissel. Mijn spoor gaat ergens anders heen, leidt de mist in. Maar ik kan niet anders dan mijn eigen spoor volgen. Rustig tuf ik dus maar door, kijk om me heen wat er langs komt en wie er langs komen. Het is een eenzaam spoor. Niemand weet hoe ik me werkelijk voel, er rijden geen of weinig treintjes op mijn spoor en veel stationnetjes zijn afgesloten. Ik kan niet meer iedere week naar de kroeg, het is te druk. De alcohol maakt me ziek en ik moet de hele week met hoofdpijn op de bank liggen.

En toch, ondanks alles voel ik me niet ongelukkig. Ik stop regelmatig op een stationnetje en maak daar contact met anderen die daar zijn. Met Caspar, als we weer eens een beetje uit elkaar dreigen te  groeien. Zijn spoorweg is nog lang, zijn treintje is fit en vitaal. Hij heeft een gezond lijf en veel energie, hij leeft volop. Mijn lichaam is moe, beschadigd en is gebombardeerd met giftige chemo. Mijn leven is traag, het zijne is snel. En dan raak je elkaar sneller kwijt. Daarom spreken we bewust met elkaar af. Want we kunnen niet van elkaar verwachten dat de trein het zelfde spoor en het zelfde tempo rijdt, maar dat betekent ook niet dat we contact kwijt raken. Sterker nog, we moeten zo bewust omgaan met elkaar dat het contact intensiever is geworden. We moeten er hard voor werken, maar Caspar geeft me kracht om weer door te gaan. En dat moet ook. Het spoor waarop ik rij is er nou eenmaal. Ik heb kanker en daar kan ik echt niks aan doen, dat is een gegeven. Ik kan echter wel bepalen hoe snel ik over dat spoor ga en waar ik stop. Mijn treintje rijdt traag. Ik wil niet gehaast van A naar B om nog zo snel mogelijk van alles mee te maken voor ik dood ga. Ik wil genieten, om me heen kijken en het leven leven zoals het is! En ik stop ook op de stations waar ik het liefst héél snel voorbij rij. Zoals het station waar de babytrein stopt. Weer een kindje geboren, weer verhalen over hoe bijzonder het is om moeder te worden. Ik word geen moeder...! Maar ik stop wel. Zou ik door rijden, dan mis ik al het contact met vrienden die kinderen krijgen. Ik stap uit, maak contact en huil. Het hoort erbij, het is fantastisch om een pasgeborene vast te houden, om de jonge ouders te zien en hun vreugde te delen. En het is moeilijk. Zij weten dat en hebben aandacht voor mij en ik voor hen. Een lach en een traan en een diep gevoel van samen zijn. Ik kan weer verder naar het volgende station.

Station RadboudUMC. Ik kom hier zo vaak. Ook hier gaat het weer over contact maken. Als kinderen ziek zijn en vaak naar het ziekenhuis moeten krijgen ze soms een ketting. En voor elke keer dat ze geprikt moeten worden of een scan moeten ondergaan krijgen ze een kraal. Sommige laten vol trots hun lange ketting zien. Mooi aan deze ketting met kralen is dat wij kinderen, naast de nare ervaring in het ziekenhuis ook een mooie ervaring bieden. Het ziekenhuis is daardoor niet alleen maar stom, het geeft rust en een beetje ontspanning. Ik heb ook een ketting. Voor mij staan naast de nare ervaringen van het ziekenhuis ook heel veel mooi ervaringen. Ik heb een geweldige arts. Ik voel me gehoord, ik voel me serieus genomen, ik weet dat ze haar stinkende best doet om mij zo lang mogelijk gezond te houden. En ik ontmoet andere hulpverleners die mij zien, die weten hoe ik heet, die betrokken zijn en mij waarderen. En dat zijn mijn kralen aan de ketting.

Het maakt dat ik station RadboudUMC eigenlijk best gezellig vind. Het biedt me mogelijkheden om hier voor jullie te staan. Het geeft me zelfvertrouwen. En hier in het ziekenhuis kan ik even van spoor wisselen. Er is hier een AYAspoor. Een heel station eigenlijk. Centraal station AYA! Hier ontmoet ik mensen die ook kanker hebben, of hebben gehad. Hier ontmoet ik mensen die ook heel verdrietig zijn omdat het einde van hun spoor inzicht is. Maar hier zie ik ook de AYA's die leven, die genieten, die een carrière maken en die zich niet laten remmen, omdat ze nu eenmaal ooit op dat kankerspoor terecht gekomen zijn.

Iedereen heeft een eigen spoor maar als je wil kun je centraal station AYA bezoeken. Hier zijn hulpverleners die ons op weg helpen, die weten wat er moeilijk is. Maar het aller belangrijkste is, hier zijn hulpverleners die naar ons luisteren. 

AYA is een verbinding tussen mij en andere AYA's, maar ook tussen mij en hulpverleners. Als jong volwassene met kanker rij je op een ander spoor dan anderen, je kunt snel eenzaam worden. Daarin voorziet AYA, AYA zorgt dat ik niet eenzaam en alleen mijn ziekte beleef. De plek waar ik even niet anders bent dan de rest, waar het leven even gewoon lijkt omdat er zoveel gelijk gestemden zijn.

AYA verbindt. 

dinsdag 8 oktober 2013

Composteren

Wat er zo moeilijk is aan hebben van uitgezaaide kanker is het feit dat je weet dat er een moment komt dat het weer wat slechter gaat.  Nu is dat moment: er zijn meer uitzaaiingen in de lever bijgekomen en dat wil zeggen dat de chemo zijn werk niet meer doet. Ik wist dat dit moment ooit zou komen. Gelukkig heeft dr. Kaal nog een rijtje pillen in de kast staan. Dus op hoop van zegen dan maar aan de tabletten. Op zich wel fijn: 4 weken geen ziekenhuis en voorlopig geen chemotherapie meer. Dus een klap en ook een beetje opluchting. 
Om deze nieuwe situatie weer aan te kunnen moet ik nog een hoop verwerken. En wat helpt nou béter dan compost maken :-)

woensdag 18 september 2013

Verwerken

Verwerken kun je op verschillende manieren doen. Ik doe dat in de ontsapper. Stoom ik al het sap er uit en de rotzooi die overblijft gooi ik op de composthoop.
Het gaat goed hier, ik heb het druk nu alles tegelijk klaar is en ik graag nog wat voor de winter wil opslaan. Er wordt behoorlijk geëxperimenteerd met van alles. Vlierbloesem-champagne, appelsap, perensap, druivensap en pruimensap. Frambozenjam, rodevruchtenjam, zwartebessenjam, pruimenjam. En nu wil ik op de valreep ook nog een hoop vlierbessensap maken, maar daar moet ik vaart mee maken voordat alles op is.


Kortom, lekker bezig! Laat die herfst nog maar ff thuis blijven, ik wil nog genieten van de nazomer.